zondag 20 oktober 2013

Ja heel handig mam....


"Nou mam je hebt weer een fantastisch apparaat gekocht!", "Zeker in de aanbieding, verbaast me niks!".
Lief moet een boodschapje doen en ik ga even mee voor de gezelligheid . Uiteindelijk slaagt hij zelf niet, maar loop ik tegen een "handige" vloerwisser aan. "Ook niet duur", zeg ik en pak een doos uit het rek en poot hem bij lief onder de arm. Thuisgekomen vraag ik mijn jongste bloedje en klasgenootje Rik die net een mislukte pudding hebben opgepeuzeld, waarvan het aanrecht getuige is, om "het handige ding" even in elkaar te zetten. "Oh is het weer zover, heb je weer iets goedkoops op de kop getikt?", Lucinde trekt een bedenkelijk gezicht. "Das nou typisch mijn moeder" zegt ze verontschuldigend richting haar klasgenoot. "'t Zal wel weer niks zijn, wedden?"
Samen openen ze gniffelend de doos en puzzelen het gevaarte inelkaar. "Nou, doet ie het?" vraag ik enthousiast als ik mijn hoofd even later om de hoek steek. "Sjonge jonge, wat een kloteding!" "De dweil blijft niet vastzitten, die lubbert gewoon los" en "moet je kijken, als ie plat is past ie niet in de wringer" en "als ik hem erin prop, krijg ik hem er niet uit!" "Mam, gefeliciteerd met je handige aankoop!" 
Dan doet Rik nog een duit in het zakje. "Je krijgt hem alleen los, als je je voet in de emmer zet, maar ja daar zit dan als het goed is water in....."
             

zaterdag 19 oktober 2013

Sietske 90 jaar



"Ongelofelijk, dit is mijn leven, ja zo was het". "Hier staat alles in, he Annet?" Sietske kijkt me met natte ogen aan en houdt het boek omhoog nadat ze met een klein zakdoekje nog gauw even een traantje heeft weggepinkt. Na het applaus pakt ze mijn hand en kust me op de wang. "Kom je weer eens koffie drinken?" Dan klikken de camera's en doet ze een rondje langs de genodigden. De negentig jarige, mooi gekapt en frivool gekleed als stralend middelpunt. Haar hele familie heeft zich om haar heen geschaard. Van de 8 broers en zusters zijn nog een paar over, ik herken hun gezichten van de foto's in het boek, ik weet van hun kattenkwaad, hun onderlinge band, hun ruzietjes. Ik was gedurende twee maanden een voyeur in hun leven en ze weten niets van mij, hoe bizar. Na mijn toespraakje waarin ik vertel over hoe het boek tot stand is gekomen, over de bijzondere uren samen, over de klik die we vanaf het eerste moment hadden, alsof we elkaar in een vorig leven al eens hadden ontmoet, omhels ik haar ter afscheid en ga met een heerlijk gevoel naar huis ..... 

donderdag 17 oktober 2013

Terhorne 1978 feest





"Hee, we zouden nu toch "pom pom pom" zingen en door de knieen gaan", fluistert Ton zijn koorleden toe. "Neen oen, het tussenstuk is nog niet begonnen, doorzingen!", sist Valerie. Jacob voelt dat zijn pruik langzaam scheef zakt en bedenkt dat ie om de broek van zijn vader bij nader inzien toch beter een riem had kunnen doen. Janny kan met moeite haar in de haast gefabriceerde luier op zijn plek te houden en raakt tekstueel het spoor totaal bijster. "Waar zijn we eigenlijk?" vraagt ze aan haar buurvrouw. Valerie is inmiddels opgehouden met zingen en geeft zich, gekleed in de trouwjurk van haar moeder, over aan een onbedaarlijke lachstuip.  Een volle zaal met enkel bekenden ligt bijkans in een deuk als het zoveelste couplet finaal de mist in gaat en de kledingstukken van de koorleden hun weg richting de grond zoeken.
Het slotfeest van de camping vierden we elke zomer in de Buorkerij, in de kern van het dorp, en hoe goed we ons optreden ook voorbereidden, het draaide altijd op hetzelfde uit: chaos en lachen, gieren, brullen.
Wat een heerlijke tijd om op terug te kijken.....       

woensdag 16 oktober 2013

Oma en haar parkiet




Als  ik voor de deur sta, ziet de kamer er leeg uit. Een stapeltje kranten ligt op tafel, daarnaast een bril, een gehoorapparaat en een tweetal net opengemaakte brieven. "Joehoe, opa doe eens open, waar is je gehoorapparaat, ik zit op de wc!", klinkt er uit het kleine raampje boven mij nadat ik lang op de bel heb gedrukt. "Oh, Annet, we zijn wel thuis hoor", de deur gaat langzaam open en opa doet een stap naar voren. "Leg je even de parkeerkaart achter de ruit?" en hij drukt me het geplastifeerde kaartje in de hand. "Opa, doe gauw de voordeur dicht anders vliegt Siska naar buiten!" roept oma vanuit de wc. "Ja ja oma, de kooi is nog dicht, er kan niks gebeuren", stelt opa haar gerust. In de kamer schijnt de zon heerlijk naar binnen, plantjes staan in glimmende potten op de vensterbank, de kachel brandt en er staan twee kopjes op tafel.  
Als oma de kamer in komt loopt ze rechtstreeks naar de kooi en zet het deurtje op een kier. "Ik ben toch wel zo wijs met mijn Siska", zegt ze terwijl ze met haar neus tegen de tralies aan staat. "Ik kan haar gele veertjes gelukkig goed zien he opa?""Ja oma, dat is mooi", vleit hij terwijl hij een pak koekjes probeert open te maken.  "Lytse rakker!" galmt het opeens door de kleine kamer, grasparkiet Siska laat van zich horen. "Het is een aardigheid, en kijk ze geeft ook kusjes" . Oma houdt zich vast aan het dressoir om vervolgens met haar gezicht vlakbij het kopje van de parkiet te komen. "Als opa nou goed de deuren dicht houdt hoef ik mijn Siska nog lang niet te missen", vervolgt ze. Opa heeft inmiddels het pak koekjes open en mompelt wat.
Als ik wegrijd en ik kijk in mijn achteruitkijkspiegel raak ik ontroerend door de twee uitbundig zwaaiende gestaltes......    

dinsdag 15 oktober 2013

Taai taai


"Nee he mama, wat voor kaart ga je nu weer maken?" Sanne ziet mij aankomen met een zak taai taai en voelt de bui al hangen "ik wil niet zo voor aap staan als vorig jaar!" pruttelt ze verder.
Oktober, november vaste prik, dan vonden de generale repetities plaats voor de kerstkaartfoto van dat jaar. Het begon met een tekst en dan kwam het moeilijkste gedeelte, namelijk mijn drie bloedjes in positie brengen om de tekst kracht bij te zetten met een afbeelding. In de meeste gevallen stonden de figuranten niet echt te trappelen, en was het nog een hele toer om ze zonder gehakketak naast elkaar te krijgen. Tot overmaat van ramp liep er dan ook nog eens op het moment supreme een hond door het beeld die zich uitgebreid ging staan krabben, waarop werd gereageerd met "mama dit wordt niks, hou maar op".
In 1995 besloot ik te gaan werken met de tekst "Hou je taai in 1996".Met een volle zak taaipoppen toog ik naar huis en legde enthousiast mijn plan uit. Enige respons bleef uit. Op de oprit zette ik de formatie tegen hun zin neer en vroeg ze iets met de taaipop te toen. "Mama, wat zijn dit voor smerige dingen, ik hou ze gewoon vast hoor" mokt Sanne. "Wanneer mag ie uit mijn mond?" kreunt Niels.  
Toen ik de foto weer vond op zolder, kon ik een glimlach niet onderdrukken....               

maandag 14 oktober 2013

Kampioenen Schildweek 1974




Terhorne camping Oan e Poel: "Ze zijn kampioen geworden !" Na het telefoontje uit Schildwolde, gaat het als een lopend vuurtje over de camping. Siets en Jacob hadden op het Schildmeer ondanks de leut en de korte nachtjes de kampioensbeker veroverd en zeilden de concurrenten op afstand. Eerste in de Vaurien klasse! Uit tenten en caravans rennen kinderen die het nieuws met elkaar delen, "Heb je het al gehoord?" Ouders zoeken elkaar op en drommen samen bij de steiger. "We moeten wat doen met zijn allen!" wordt al vrij snel geopperd. Jong en oud steken de koppen bijelkaar, plannen worden gesmeed, taken worden verdeeld. Vaders zoeken planken, sprokkelen spijkers en timmeren in een mum van tijd een erepoort inelkaar. Moeders halen ballonnen en freubelen rozetten, en wij wikkelen tientallen meters zeegroen toiletpapier om de erepoort en voelen ons een met de kampioenen. Tenslotte mag degene met het mooiste handschrift "Hiep hiep hoera" schrijven en oefenen we nog even om tegelijkertijd ons lied aan te heffen.
Als de nietsvermoedende zeilers die avond de camping opkomen, zijn niet alleen zij, maar wij allemaal trots.
Een voor allen, allen voor een......        

Gelredome Nick & Simon




"Gelukkig heb ik mijn bril bij me, anders zie ik niks". "Heb je de paraplu's mee?"
Sanne stapt druipend van de regen en woordenwatervallend de auto in op station Apeldoorn. "Ik zeg wel hoe je moet rijden rijden mama", gaat ze verder. Als wij door de beslagen ruiten borden "Nick & Simon" zien, volgen wij klakkeloos de kudde. "Nee mama, we moeten omdraaien, ik wil niet met die pendelbus, we pakken een andere afrit!". Met gierende banden, toeterende auto's om ons heen trek ik aan het stuur en rij weer terug. "Jezus, wat een ellende", hoor ik naast me.
Na een half uur rond gereden te hebben durf ik het haast niet te zeggen. "Sanne, sorry hoor volgens mij zijn we weer op dezelfde plek beland, hier staan die misselijke pendelbussen weer!". "Dat kan toch niet waar zijn!", briest dochterlief. Een verkeerregelaar verzekert ons dat we de kudde moeten volgen. Poepsjagrijnig wurmen we ons in een pendelbus en hangen stomend als apen aan de lussen. Als we druppend en verwaaid het Gelredome binnenkomen zoekt Sanne de plekken, want ik ben in allerijl mijn leesbril vergeten... We zakken op 2 stoelen neer en maken foto's.
"Nou mama, we hebben mooie plekken", en ze leunt relaxed achterover. "Volgens mij zitten jullie op onze stoelen", hoor ik opens achter me. We moeten een rij dalen. "Sanne, kijk dan ook goed!" mopper ik. Als we net weer goed en wel zitten, komt er wederom iemand naar ons toe met de mededeling  dat we ook nu op verkeerde stoelen zitten, dit tot grote hilariteit van de mensen om ons heen.
Als we eindelijk rij 14 plek 126 en 127 te pakken hebben, en zweren dat we geen stap meer zetten, hoor ik een gil naast me. "Mammaaaa, nou ben ik mijn bril vergeten in de auto, ik zie geen moer in de verte!". We rollen tegen elkaar aan van het lachen.
Op de terugweg rijdt de pendelbus, waar we hebben moeten vechten voor een zitplek, tot overmaat van ramp rond middernacht tegen een winkelpui aan en moeten we overstappen in een andere bus. "He he daar is mijn bril" zegt ze als we eindelijk na veel gezoek de auto in rollen.

 "'t was een leuk concert mama, maar Expeditie Robinson is hier niks bij...!"

 

 

 

 

Rohan





"Rohan moet die broccoli nog lang?"
In de geduldige opmaat naar een bestaan van begeleid wonen is Rohan een grote steun. Hij staat Niels als persoonlijk begeleider elke woensdag terzijde, tracht hem met engelengeduld verkeersveilig te maken, leert hem pinnen, brengt hem een stukje huishouding bij, bereidt hem stap voor stap voor om binnen nu en drie jaar de sprong in het diepe te wagen.
Soms voeren ze lange gesprekken samen, want ,"mama met een man praat je gewoon anders" legt Niels uit, "wij hebben het bijvoorbeeld over chickies, dat snap jij niet".....

 

Terhorne forever





Terhorne forever; rode draad door mijn leven. Daar kom ik steeds thuis, daar werd ik gevormd, daar ben ik geworden. Ik ken elke steen, de geur van de struiken, het gevoel van mijn boot in planee. Ik spreek er de taal van de wind. Ik ben er volwassen, maar herken bij vlagen het kind. Soms als het licht even uit is, verlang ik terug naar die tijd. Toen de schaterlach weerklonk door de bomen, de boten met bollende zeilen. Je hebt me gevormd, dit ben ik geworden.
Terhorne, een vat vol heerlijke herinneringen.

 

Weemoed





8.00 uur, Terhorne, de dauw ligt loom over de velden. In de verte klinkt de vertrouwde kerkklok, ooit meedogenloze aangever van bedtijd. Een vroege visser haalt zijn eerste hengel op. In een inham rennen twee futen kwetterend over het water, een kopmeeuw scheert over het spiegelgladde meer.
De Heerenzijlse brug verkeert nog in rust, maar maakt zich op voor een drukke dag. De prille zonnestralen tippen aan het Starteiland, nu nog in nevelen en sluimer gehuld, straks middelpunt van zeilersmystiek.
Een briesje golft door het riet.
"Windkracht 3", mompel ik, "mooi zeilweer", en ik loop in gedachten verzonken achter mijn honden aan die hun parmantige pootjes laven in de ochtenddauw en geen weet hebben van wat zich in mijn hoofd afspeelt...

Cafe Zevenwouden, Terhorne





"Geef mij nog maar een jonkje Janke" ' vroeg Willem steevast, zittend op zijn vertrouwde rechterhoekje van de bar, zijn zwarte hond Brenda rustend aan zijn voeten. De laatste ronde duurde bij Willem eindeloos...
Ook wij brachten de nodige uurtjes door in De Zevenwouden, hangend aan de bar, wereldproblemen besprekend vanaf een gecreeerde zitplaats op het biljart, glas bier in hand, in de ogen het vuur van de discussie.
Vaak ook keken we terug op een net verzeilde wedstrijd en analyseerden we op onze manier boeirondingen en kruisrakken. Of een van ons deed op hilarische wijze verslag van de wekelijkse waterdropping waar altijd wel wat mis ging. Soms ook repeteerden we voor een van de vele bizarre stukjes die we gingen opvoeren tijdens de traditionele jaarlijkse talentenjacht.
Tussen de bedrijven door werd het bier onafgebroken aangedragen en gunde Janke iedereen een blik in haar oh zo diepe decollete....
Ik nam er laatst een kijkje, Zevenwouden anno nu, beelden kwamen terug, herinneringen echoeden van alle kanten..

Sneekweek 1979, Greate Griene




"Hou op met dat getreuzel, jullie moeten het water op, heb je je baan al bekeken, volgens mij is de wind gedraaid!" De supporters, lees - onze ouders -, waren bijkans zenuwachtiger dan wij. Onze boten lagen vaak op een vaste walplek op de Greate Griene. 's Ochtends vroeg toog de karavaan met ouders en kinderen in kajuit-, motor- en speedboten naar het rustige eiland in het Sneekermeer waar we onze boten hadden liggen. Er werd nog gauw een plasje gedaan in het struikgewas, alvorens de wetsuits en de zeillaarsjes, meestal nog koud en nat van de vorige dag, aangingen en de haren in een staartje werden gebonden. Vaders en moeders renden koortsachtig af en aan met stopwatches, zwemvesten, trapezebroeken en banenkaarten. Onderwijl doorelkaar roepend "Wie gaat het eerst het water in, jongens help even duwen!" "Maak nou toch eens voort!"

 Ja hartverzakkingen hebben we ze bezorgd.

 Maar ze waren er wel. Regen, hagel, storm of wind, en ze verzaakten nooit...

 

Pepernoten




"Oke, omdat jij het zo leuk vindt mam", zucht ze, nadat ik haar enthousiast een pakketje in haar handen heb geduwd met de mededeling "dit breekt je huiswerk wat, ga maar even pepernootjes maken".
Ze bekijkt het kant en klare deeg enigszins misprijzend, maar gaat desalnietemin lijdzaam met het bruine goedje aan de slag.
Ze snijdt, ze kneedt, ze verdeelt en schuift tenslotte het blik in de oven. "Wat ruikt het toch heerlijk" probeer ik nog, als ze nors het baksel door het raampje bekijkt.

 Dan verraden de kuiltjes in haar wangen een onverwacht binnenpretje:

 "Zeg mam, Sinterklaas staat zeker ook in de oven met die monsterlijke groene schoenen van jou aan...."

Lucinde




Soms kijk ik heel stiekem naar je en wil ik de tijd stilzetten.

Elk jaar gaat sneller, hoe lang hou ik je nog bij, hoeveel maak ik met je mee?
 
14 ben je nu, en ik al 54, en er staat nog zoveel te gebeuren in je leven, nog zoveel pijntjes te verzachten, nog zoveel strijdjes om te strijden, zorgen om te delen, knuffels om te geven.
Dat doet soms pijn van binnen.
 
Maar ik beloof je, ik word heel oud voor jou......

Moedervlek



"Ik laat dat ding weghalen!" zegt ze door de telefoon, "ik ben er klaar mee, hij is ontsierend en vies!". Ik ken elk moedervlekje, elk sproetje, elk littekentje van haar lichaam. Dat heb je met moeders, de landkaart van de huid van hun kind staat op hun netvlies. Het kleine bruine moedervlekje op haar wang dat ik vele malen aanzag voor een chocopasta klodder en dan tot gruwel van mijn kind voordat ze het schoolplein op liep met een natte spuugvinger tevergeefs poogde weg te poetsen. "Mama hou op, die vlek gaat niet weg!"
En dan de moedervlek op haar rug, zo horend bij haar. Ze had hem laten weghalen, wond ontsmet, gaasjes erop en eraf, alles voor een "schone" rug.
Gisteravond kwam ze thuis en na een tijdje vraag ik terloops "Goh, hoe is het eigenlijk met je moedervlek?". "Mama, hou op schei uit, hij zit er weer!" briest ze en ze tilt haar shirt op.

 "Dat is omdat ie bij je hoort schat!" zeg ik. In mijn hoofd is de landkaart weer compleet....

 

Shampoo





"Annet, kom ns hier". Haar stijlvolle kapsalon straalt luxe uit, dure merkproducten sieren de wanden, dames van stand zitten aan de leestafel". Ze pakt me bij mijn schouder en trekt me naar zich toe. "Dit moet je even halen bij de Welkoop, super spul", fluistert ze. "Niet tegen Tonnie zeggen hoor, die vindt het niet zakelijk van me". Ik zet thuis de fles onopvallend op de keukentafel en verkneukel me over wat komen gaat.

 "Mammmmma, hoe kom je daar aan, weet je wel dat alle celebs in Amerika dit gebruiken, krijg je heel mooi haar van, heb je mijn blog soms gelezen?" Sanne rukt zich van haar laptop los en doet een greep naar het goedje. Niels pakt het vlak voor haar neus weg. Hij houdt de fles op leesafstand, neemt een hap adem en spelt hardop p.a.a.r.d.e.n.s.h.a.m.p.o.o., meteen gevolgd door "Maar we hebben helemaal geen paard!"

Even later staat Sanne euforisch onder de douche.....

Sanne




"Dag mam, ik ga nu naar de gate, kus".
En weg is ze, mijn Sannemijn. Ik zie nog een laatste foto op Facebook, 3 lachende meiden, het avontuur tegemoet.
Ik zie haar nog uit het zwembad klimmen, halverwege diploma A, en door het bad galmen "mama ik wil naar huis!". Of die keer dat ze tijdens een feestelijke schoolavond zo meeleefde met de rollen van de anderen dat ze loeihard vanachter het gordijn de teksten ging voorzeggen. En ontroerend was haar optreden toen haar grote broer Niels werd geplaagd op school.
Ze rechtte haar rugje en sliste door haar 'fietsenrekje' : "niet plagen, dat is mijn broertje Niels, hij heeft een ontwikkelingsachterstand." En nu is ze 22 en gaat ze backpacken in Thailand, mijn Sannemijn.
Op je schouder reis ik met je mee, altijd.

Terhorne 1979, sleepperikelen



Sleepperikelen zeilwedstrijden: "Janny en Annet, hebben jullie alles, peddel het meer maar op en hou een landvast bij de hand, ik pik jullie zo op, ik wil op tijd door de brug".
Oom Gerard bereidt zijn sleep voor op vertrek. "Nee wacht even, mijn routekaarten liggen nog bij de caravan en mijn brood en drinken ook", roep ik in paniek en ik geef een schreeuw richting het veld. Flapperend in haar nachthemd, het haarnetje op half zeven komt mijn moeder de steiger op rennen met de missende spullen.
"Denk er nou zelf toch eens aan, het is altijd hetzelfde, kijk je stopwatch was je ook nog vergeten" pruttelt ze. "Waar blijft Rene nou weer, is ie het slootje al uit?", oom Gerard, normaliter de rust zelve, begint hem te knijpen. "Straks komen we te laat", verzucht ie terwijl ie de motor van zijn boot start en tante Truus op het achterdek klaarstaat om ons landvast te vangen en aan een van de kikkers vast te maken.
Ook Rene die inmiddels op het meer dobbert gooit zijn sleeplijn en zo koerst het moederschip uiteindelijk richting de Heerenzijlbrug en kabbelen wij erachter.
Tijdens de sleep naar Goingaryp bekijken we de windrichting en plakken de banenkaarten alvast op de gangboorden. "Wat een gehaast om niks, we zijn zat op tijd", roept Rene boven het geluid van de motor uit.
De brugwachter haalt glimlachend zijn klompje in..........
 

Ode aan Niels




24 jaar geleden. Mijn eerstgeborene, de eerste die het magische woord 'mama' tegen me zei.
 
We zijn een lange weg gegaan ; je zou nooit leren praten en lopen zou je evenmin. Er volgden jaren van therapieen, van oefenen, van doorzetten en geloven in. En kijk nu waar je bent, en wie je bent geworden! We zijn er nog lang niet, maar we hebben een doel. Als ik het sociaal maatschappelijke vangnet om je heen heb voltooid, kan ik je loslaten.
 
Ik ben blij dat je mij als je moeder hebt gekozen. Ik had je voor geen goud willen missen! Gefeliciteerd! X, mama

Spin





"Oh mama eet je hutspot, dan stap ik nu op de trein!" "Niels zet nog maar een bord bij, Sanne komt eraan". Twee uur laten stort de uitwonende zich op het eten. "Oh heerlijk, daar had ik zo'n zin in, hebben we ook een toetje?" Even later verdwijnen de meiden naar de badkamer. Ik zit net goed en wel als ik word opgeschrikt door een hels kabaal.
"Mammmmaaa kom gauw, een hele grote spin!". De twee zusjes hebben zich verschansd in de badkamer. "Kijk hoe groot!" schreeuwen ze door de deur heen. "Mama doe wat!". Niels die achter mij aan is gekomen, bekijkt het insect zorgvuldig van alle kanten. "Zal ik zijn poten even tellen?" "Jezus Niels doe normaal, haal dat beest weg!" schreeuwen zijn zusjes. "Nee ik haal Pip wel", bedenkt Niels en gaat op zoek naar een van de honden. Terwijl de meiden blijven gillen vanuit hun schuilplaats, zegt Niels rustig. "'t Is opgelost, Pip heeft er een poot afgebeten; ik ga weer verder met mijn lego" en hij loopt weg bij het plaats delict.
Even is het stil, dan klinkt het oorverdovend uit twee kelen vanachter de badkamerdeur :

 "Wat hebben we daar nou weer aan, hij houdt toch nog genoeg poten over om mee weg te lopen!; mama wij blijven hier!!"

 

Levensverhaal



"Ik kom uit een arm, maar evenwichtig gezin", spreekt de 81-jarige met heldere, soms overslaande stem."We waren niemand en we hadden niks,". Hij pauzeert even en lijkt in gedachten verzonken. Ik zit op de velours gebloemde bank, schrijfbloc op schoot, mijn pen geeft vorm aan zijn levensverhaal.
Ik vang zijn emoties en breng hem in contact met zijn herinneringen. Sommige zijn pijnlijk, andere ontlokken hem gedurende het gesprek een glimlach. Hij herbeleeft zijn kattenkwaad, zijn eerste baan, zijn eerste kus...

 Ik leer van hem, over hoe het was zonder overdaad, de overzichtelijkheid van toen, de soberheid. Hij schetst mij het gevoel van dagenlange honger, toen de oorlog in elke vezel kroop en een kind van tien moest werken voor twaalf en halve gulden per jaar.
 
Ik word er stil van .... elke keer weer.
 
 
 
 
 
 
 



 

Expeditie Giethoorn




Het Schelpenmuseum is ons doel. Die vermaarde hoge bruggetjes blijken echter een dingetje. Eerst sjor ik op mijn hoge hakken de rollator omhoog, de zwenkwielen raken de brug, ik kukel naar voren en word gelukkig aan de overkant met het gevaarte opgevangen. Tja, en dan meneer de Wit nog, "leg uw handen op mijn schouders, maar niet teveel aan me hangen hoor, zet uw voeten tegen de dwarsbalken, en niet lachen!". Midden op de brug, ervaar ik een soort van levende rugzak, ik krijg de slappe lach en kan me nog net op tijd aan de leuning vastpakken. Meneer de Wit ploft tegen mijn rug aan. Achter ons staat een horde mensen die geen kant op kan en voor ons durft niemand de brug op. Als we al gierend de overkant bereikt hebben, rijdt ie in het museum tot overmaat van ramp ook nog eens iedereen over de tenen, maar onze middag kan niet meer stuk.
Als we het museum uitkomen, doemt het hoge bruggetje al eer als een monster voor ons op.
"Meneer de Wit, kunt u zwemmen....?"

Bar Dancing de Kajuit Terhorne eind jaren '70


 
 
 
 
 "Die ouwelui komen toch niet weer he", "als ze komen, smeren we 'm".
In Bar de Kajuit heerste eigenlijk altijd een gezellige, broeierige sfeer. Het bier vloeide rijkelijk, er werd geflirt, gelachen en gedold. Slowen met je verovering van de avond op "Sailing" van Rod Stewart, met zijn allen enigszins beneveld in een kring meegalmen met "Rivers of Babylon", polonaise door de kroeg en dan slap van de lach vastlopen in de garderobe en geen kant meer op kunnen.
En elke avond tegen enen pakte Auke zijn mondharmonica en terwijl het licht langzaam aanging speelde hij "Daar komt Swiebertje" ten teken dat we echt naar huis moesten.
 In het allerergste geval zwaaide uitgerekend op dat moment de kroegdeur open en kwamen onze ouders, Joop Annee met vlag voorop, in polonaise binnen.
 
Ja, welke kroegbaas sluit dan de tent nog .........

Terhorne nazomer 2013




"Tot vanavond mama", en weg zijn ze voor een dagje bij hun papa. Vandaag is het mijn dag. Ik geef de honden eten, pak wat proviand en een mooi boek, gooi een vouwfiets in de auto en zet koers naar Terhorne. Als ik onder de dreigende lucht over het schelpenpad fiets kom ik tot rust, gedachten krijgen structuur, zorgen vinden een uitweg, schaduw maakt plaats voor licht.
Ik ga in de regen op zoek naar een uitzicht dat ik herken van vroeger en kom uit op de steiger.
Ik zie het eiland aan de overkant, Akkrum in de verte, de Kouwe Maag, De Meinesloot..
 
Regendruppen mengen zich met die ene traan, die langs mijn gezicht, over het frame van mijn fiets, tussen de steigerbalken door het water in glijdt.....

Pap


Anderhalf jaar geleden, een ongelukkige val. Daar lag ie, vleugellam, ontredderd en verstoten. Jarenlange boze stilte maakte plaats voor mededogen. Ik hees hem wekenlang de trap op, zette hem onder de douche, kamde zijn dunner wordende haar en knipte zijn nagels. We waren kind aan huis in de rolstoeltaxi, het ziekenhuis en therapiepraktijken. We vonden onze oude grapjes terug, we maakten hernieuwd kennis. "Vergeet je straks niet krentjepap mee te nemen, als je boodschappen gaat doen, dat maakte mijn moeder altijd zo lekker". Zijn lip trilt. "Nee pap, 't komt goed, ik ben zo terug". In de gang strompel ik bijna over een spiksplinternieuwe rollator. "Ja die kan naar zolder, maar dan heb ik hem alvast" roept ie me na. Ik sla de voordeur dicht en denk melancholisch:
83 jaar, mijn vlees en bloed.

 

Met meneer de Wit in Terhorne




"Armen en benen binnenboord meneer de Wit" , de autodeur slaat dicht. Rollator en stok in de klep en daar gaan we, weg van het tehuis, weg van de monotoon tikkende klok der eenzaamheid, de rammelende koffietrolleys op de gang, de geduldig wachtende karren met vuile was, even een paar uurtjes proeven van de vrijheid, even weer volwaardig mens zijn. We laten het tehuis achter ons en rijden keuvelend door de weilanden. Na maandenlange gesprekken over zijn leven, wijd ik hem in in het mijne. Ik vertel over mijn jeugd en neem hem mee naar voor mij dierbare plekken. Ik laat hem Terhorne zien, het dorp, de brug, de poel. We turen samen over het water, hij benoemt de schepen die we zien. "Kijk daar gaat een oude vrachtschuit, oh en daar zie ik een duwboot". Hij glundert en veegt met zijn vinger de laatste slagroom van het bordje, want taart staat steevast op het program. "Jammer dat je nu op vakantie gaat" zegt ie bij het afscheid. "Eind augustus kom ik weer meneer de Wit, en ik stuur u een kaartje uit Italie". "Oh dat zou ik leuk vinden, zet er maar op kamer 20".
Hij zwaait me met zijn stok uit.

Schildweek 1979





"Weet iemand waar Johan is?" "Volgens mij in de kieteltent", gaapt Siets. Begin juli vaste prik, de dolste zeilweek van het jaar. Met trailers, proviand, boten en tenten togen we naar Schildwolde om daar de boel traditiegetrouw met ons ploegje weer eens flink op de kop te zetten. Steevast stond de "residentie", de moedertent van Siets, pontificaal in het midden en schaarden wij onze kleine tentjes er omheen. Johan en Gea voegden zich bij ons met hun rode bus, door Siets omgedoopt tot "kieteltent" en dan kon het feest beginnen. Eten was niet meer dan een noodzakelijk kwaad en diende slechts als ondergrond..., want Boei 12 lonkte en hield ons tot vroeg in de ochtend in haar greep. De blikken Suzi Wong nasi, de koude ravioli, de kleffe pannekoeken die door de lucht vlogen en dan toevallig op een hoofd belandden, het hoorde allemaal bij De Schildweek. "Hee, lig jij hier ook, en waar is Marjan eigenlijk, we moeten opschieten, we starten over een uur". Na ultrakorte nachtjes stonden we lodderig onze boten op te tuigen voor de dagwedstrijd. Dan 's middags even bijkomen, boekje, dutje, om s' avonds na de zoveelste ondefinieerbare maaltijd "volgens mij moet je dit warm eten..." weer hevig te swingen en te keten.

Jongens, waar blijft de tijd.......