zaterdag 17 januari 2015

Mama-dochter-student (Sanne 2015)






















Haarlem calling. "Mama, kan James in februari bij jullie komen logeren?"
Aan de andere kant van de lijn struikelt mijn mama-dochter bijna over haar woorden. Op de achtergrond hoor ik mijn kleinzoon kraaien en verder klinken nog wat keukengeluiden waaruit ik concludeer dat er iemand aan het koken is. Ik vermoed dat het Robert is. 
"Even kort hoor mama, want hij krijgt zo zijn flesje en dan kan ik even niks doen, ik kom vandaag ueberhaupt nergens aan toe, want hij heeft denk ik iets onder de leden" ratelt ze in het tempo van iemand die de trein moet halen. Net als ik ook wat wil zeggen borrelt er wat geïrriteerd gepruttel aan de andere kant. Blijkbaar hebben de mama en papa een soort van conclaafje over de verzorging van hun spruit en zijn ze even vergeten dat ik ook nog aan de lijn hang. 
In gedachten zie ik het huishoudinkje van het jonge gezin voor me. Er is heel wat veranderd in hun leven de laatste maanden. Weinig tot niets in hun huis in Haarlem herinnert meer aan de tijd van voor de baby. Daar waar tot voor kort lege wijnflessen op het aanrecht stonden, prijken nu spenen, flesjes en blikken melkpoeder. Daar waar ze vroeger een hele ochtend brak mochten zijn en urenlang lodderig voor zich uit konden staren na een nacht stappen, is uitslapen nu een soort van wensdroom geworden. De wallen van de doorwaakte nachten worden 's ochtends vakkundig weggeschminkt en de mooie bloesjes hebben plaats gemaakt voor 'makkelijke pulllies' . "Echt waar mama, heb ik net wat leuks aan, spuugt ie er overheen".  Tussen de voedingen, luiers, boodschappen en het wandelen en eten koken door doet de mama-dochter-student verwoede pogingen haar scriptie af te ronden zodat ze haar studie op korte termijn kan afsluiten en zij - ambitieus als ze is - anderszins aan de weg kan timmeren. De mama die mijn kind is en die altijd mijn kind zal blijven en de papa die nu eigener voelt dan ooit te voren, ze zijn in een andere dimensie gestapt. 
Net als ik de telefoon neer wil leggen, omdat ik denk dat ik geheel en al ben vergeten, komt er weer leven in de lijn. Er is duidelijk nog steeds een discussie gaande.  "Nee, nu even niet Robert, ik bel even met mijn moeder, en als hij huilt hoor ik niks".  
Als ik eindelijk weer haar aandacht heb vertelt ze dat ze een weekendje naar Londen gaan. Daar meteen aan toevoegend "we moeten er echt even uit, mama".
Als ik die avond naar bed ga, loop ik even naar binnen in het kleine kamertje op de eerste verdieping.
Daar staat het nieuwe bedje al klaar, kan de box worden opengeklapt en kijkt Sanne's oude beer met het gele plissé jurkje reikhalzend uit naar de bijzondere logee.     


Annet  

donderdag 15 januari 2015

Home (Lucinde en Niels 2015)




















“Mama, mag ik zo meteen koken?”
Ik weet niet wat me overkomt. Alhoewel ze nog wel veel op bed ligt krijgt Lucinde  steeds meer momenten dat ze iets omhanden wil hebben. Ik kijk haar aan en laat mijn blik over haar ronde bolletje glijden. Mijn hart maakt een sprongetje als ik een donkere waas zie. 
“Mama, leg je hand eens op mijn hoofd, dan voel je mijn nieuwe haar”, haar bleke gezicht straalt. Ik sta op en veeg  met mijn hand heel voorzichtig langs haar haargrens, over de babyhaartjes heen. “Voel je het mama, voel je het?”, haar ogen sprankelen en ze legt haar hand op die van mij. Even hebben we geen woorden nodig. Dan spreid ik de krant uit over de tafel en sla aan het lezen. Ondertussen zoekt zij spullen bij elkaar voor het avondeten. “Mama zullen we spinazie eten, dan kook ik drie eitjes en ga aardappels schillen”. “Prima" zeg ik en ik laat m’n ogen weer over de zinnen in de krant flitsen.
“Mama, mijn lego helikopter is gevallen, nou moet ik alles weer overnieuw doen”, moppert Niels in de hoek aan het barretje. Hij heeft net weer alle losse deeltjes bijeengeraapt en op kleur verdeeld over een aantal plastic bakjes. Als Pip met een balletje aan komt rennen, vergeet mijn zoon zijn chagrijn en verandert ie in een speelkameraad.
Achter mij reddert Lucinde bij het aanrecht. Het doet me goed dat haar energie weer terugkomt. De aardappels staan in een pannetje op het fornuis en het water van de eitjes borrelt. 
Het ontroert me dat we ons oude leventje weer een beetje aan het oppakken zijn. Ik denk terug aan de lange slapeloze nachten van de afgelopen maanden waarin ik wanhopig naar het plafond staarde en me afvroeg waarom ik nooit had leren bidden.
Terwijl ik verzonken ben in de krant hoor ik Lucinde achter me lopen met een pannetje waarvan ik de hete damp in mijn nek voel. “Wel even laten schrikken hè”, zeg ik terwijl ik rustig verder lees zonder achterom te kijken.  Achter mij is het even stil en klinkt dan gemompel en wordt een kraan open gedraaid. 
Als ik even later opsta en de krant heb opgevouwen, loop ik langs het fornuis en zie drie eitjes dansen in het pannetje. “He, heb je de eitjes nu weer terug op de hete pit gezet?” vraag ik verbaasd aan het ronde bolletje. “Nee hoor mama, die eitjes zijn nog niet klaar.” 
“Maar wat heb je dan net laten schrikken?” schutter ik, terwijl ik een lachbui voel opkomen. “Nou, de aardappels, dat moest toch van jou!” kakelt het bolletje verbouwereerd.
“Mama, wat ben je toch ook een sukkel!” burpt Niels boven zijn lego uit.
En ik denk alleen maar : "wat fijn dat we weer kunnen lachen".          

Annet

dinsdag 13 januari 2015

Ik verjaar : 13 januari 1959 - 13 januari 2015




















Vandaag verjaar ik.
Stapel ik het zoveelste blokje op die inmiddels 56 vierkanten tellende blokkentoren die mijn leven heet en die met al zijn kleuren, verkleuringen, blutsen en scheuren staat voor wie ik in de loop der jaren geworden ben. 
De toren die zo vaak gevaarlijk wankelde en waarvan de onderdelen ontelbare keren met een daverende klap op de grond vielen en uit elkaar spatten, mij achterlatend in vertwijfeling en onzekerheid. 
Ik kan ze niet eens meer voor de geest halen al die momenten waarop ik de hele handel weer bij elkaar raapte en van voren af aan ging bouwen, ondanks alles, blokje voor blokje, jaar na jaar, ervaring na ervaring.
De onderste blokken waren en zijn nog steeds mijn houvast, mijn fundament, het nest waarin ik ben geboren, weten hoe het voelt als er van je wordt gehouden, voelen hoe het is om geborgen te zijn. Alle blokken die ik daarna stapelde kregen die basiswaarden mee, ongeacht tijd en leeftijd. 
Ik heb door de jaren heen oneindig liefgehad, was hevig verliefd en heb harten gebroken. Maar ook mijn eigen hart kwam met regelmaat gehavend uit de strijd, werd geplet en verbogen, maar veerde steeds weer op om opnieuw lief te hebben en gevonden te worden. 
Toen mijn kinderen kwamen leerde ik een andere vorm van liefde kennen, een die onvoorwaardelijk en onuitputtelijk is, die door mij heen jaagt als een woeste bergrivier en waarin ik alle kleuren van de regenboog ontwaar. 
En nu heb ik vandaag weer een blokje gelegd, heel voorzichtig, met twee handen, wetende hoe kwetsbaar dit bestaan is, opdat de toren die tot voor kort zo zwaar aan het wankelen was, nog een hele tijd blijft staan. 

Annet