zaterdag 10 mei 2014

Winnaars Schildweek (1974)



Het was een memorabel moment, juli 1974, ten tijde van de Schildweek, de jaarlijkse zeilweek aan het begin van de zomervakantie die vele jeugdige zeilersharten sneller deed kloppen en net zovele ouders kopzorgen bezorgde. Het was voor de meesten van ons in die tijd de eerste week ueberhaupt zonder ouders en dat werd elk jaar uitbundiger gevierd. 
We waren zo rond de 15 jaar toen we de 'sprong in het diepe' maakten en we konden ons op die leeftijd niks prettigers voorstellen dan een week 'vrij' te zijn, te kamperen, te zeilen, zelf te kokkerellen en lol te maken. 
De eersten van de groep die in 1974 de Schildweek onveilig gingen maken waren de Vaurienzeilers Hans en Tineke en Siets en Jacob. Wat waren wij als achterblijvers, en toen nog te jong bevonden door onze ouders, jaloers dat wij nog niet mee mochten en onze tijd moesten verdoen op de camping in Terhorne onder de vleugels van onze ouwelui terwijl het viertal triomfantelijk vertrok naar het Schildmeer met hun boottrailers.
Via de ouders van de wedstrijdzeilers werden we dagelijks op de hoogte gehouden van de prestaties van onze vrienden tijdens de Schildweek. We leefden in ons kleine gemeenschapje in Terhorne intens met ze mee en hadden inmiddels van onze ouders te horen gekregen dat wij ons het jaar erop ook mochten inschrijven voor de zeilwedstrijden en het kamperen.
Toen oom Rijk na een telefoontje trots vertelde dat zijn zoon Siets samen met Jacob de Schildweek had gewonnen waren we op de camping in Terhorne met zijn allen door het dolle heen. Vaders, moeders en kinderen staken de koppen bij elkaar en binnen no time was iedereen bezig met het regelen van een feestelijke ontvangst. Er werd getimmerd aan een ereboog die met het nodige wc papier werd omwikkeld, moeders flansten rozetten inelkaar, fakkels werden gecharterd, en wij gingen bij alle tenten en caravans langs om een grote menigte op de been te krijgen voor het moment dat de winnaars nietsvermoedend de camping zouden oprijden. 
Toen het zover was en de verkenners in het dorp het teken gaven dat de mannen er aan kwamen barstte het gejuich los.
Tijdens het klikken van de vele fotocamera's toverde ouwe Dop een fles Beerenburg tevoorschijn en schonk het spirituele vocht rijkelijk in de gewonnen bokaal, waarna Siets en Jacob een ferme slok namen die nog lang moet hebben nagebrand in hun jonge kelen .......   

vrijdag 9 mei 2014

Oh nacht (1979)



Oh nacht
van rust en donker
maakt alles 

even somber

heeft in haar 
nachtelijke ronde
haar armen 
om mijn hoofd gewonden.

Annet (1979)

donderdag 8 mei 2014

Joop Annee (Terhorne jaren 70)



Een paar weken geleden hoorde ik dat Joop Annee was overleden. Hij is 73 jaar geworden.
De illustere Joop Annee die in Terhorne in de jaren 70 de scepter ging zwaaien over het kamperende zooitje ongeregeld, zijnde wij en onze ouders, nadat in de loop der jaren een hele serie dwaze beheerders de revue had gepasseerd. Wie herinnert zich nog de praktisch blinde Adema die notabene op een groot zwart politiepaard, hoog boven de veldjes uit torenend en met een arrogante grijns op zijn gezicht de camping binnenliep en tot grote hilariteit van ons allen binnen een minuut al met zijn knar inclusief bril met jampotglazen tegen de bovenkant van de schommels knalde, of de oude Hamming die van elk van onze vaders aan het begin van het seizoen een fles Beerenburg of Jonge kreeg in ruil voor wat extra privileges. We zagen ze komen en we zagen ze gaan.
Joop Annee was van een andere orde. Hij was een van ons, een gangmaker, een charmeur in hart en nieren, een grote bek, maar een klein hartje.
Als hij weer eens zijn bizarre levensverhaal vertelde, hingen we en masse aan zijn lippen. Steevast kwamen zijn bange momenten als oliekoker op de walvisvaarder De Willem Barendsz voorbij, zijn capriolen als schoorsteenveger, zijn hachelijke kroegbaas avonturen en altijd gelardeerd met een lach en een traan. Daar waar Adema en Hamming bij tijd en wijle een waar schrikbewind voerden leidde Joop tegen middernacht, luid zingend en trots zwaaiend met de Friese vlag, de polonaise richting de plaatselijke kroeg, met onze ouders als een gammel boemeltreintje erachteraan zwenkend. Dat was Joop Annee, kleurrijk, spraakmakend.
Hij borrelde altijd over van plannen. Als we rond vijven gezellig bij elkaar klitten met hapjes en drankjes en de stemming wat gezapig dreigde te worden, stond Joop op en oreerde "we gaan een miss en mister verkiezing organiseren!", of, staande op een stoel, "wat denken jullie van een groot verkleedfeest in de buorkerie in het laatste weekend van de vakantie?".
Een van zijn gevleugelde uitspraken was "se mutte nyt segge kinne, dy het niks beleefd".
Hij heeft die uitspraak ten volle waargemaakt.      

woensdag 7 mei 2014

"Zullen we...?" (1978 - 2014)



"Dansles, het hoort bij de opvoeding".
Ik hoor het mijn vader nog tegen mijn moeder zeggen in de jaren 70. We zaten met zijn drietjes in de kamer van het huis aan de Berkenlaan, mijn vader achter de krant, mijn moeder bladerend in een Libelle en ik sokkenwarmend aan de bronskleurige gaskachel met de kleine smalle raampjes en het wakkerende vlammetje, gekleed in de afgedankte slobbertrui van mijn oom en met eigengemaakte bloemetjesborduursels op de zakken van mijn Levi's spijkerbroek.
Ik was een 'ban de bom' puber, gek op de protestsongs van Leonard Cohen, ik zong en mijmerde mee met het kwetsbare 'Verdronken Vlinder' van Boudewijn de Groot, kende alle songteksten van The Beatles uit mijn hoofd en dichtte tot de zon opkwam. Een puber met een pukkeltas die was volgekalkt met populaire kreten uit die tijd zoals 'make love, no war', een Reyam schoolagenda die stijf stond van plaatjes die ik uit de 'Popfoto' knipte en opsmukte met gedroogde bloemen die ik zorgvuldig had geplet tussen velletjes keukenpapier en onder de dikke boeken van mijn encyclopedie.
Bij het beeld uit die tijd hoorde in mijn geval naast de pianoles onmiskenbaar de dansles. In Groningen kon je destijds kiezen uit drie dansscholen, Lesterhuis, Bus of Gretel van Bruggen. Ik trad, tot grote vreugde van met name mijn vader die er in zijn tijd dansassistent was geweest, in de voetsporen van mijn ouders en ging naar 'Gretel'. De zenuwen die ik me de eerste keren door de keel gierden kan ik zo weer oproepen. Daar stond je dan in een lange rij met je rug tegen die immense wandspiegel in het pand aan het A-Kerkhof in Groningen, de jongens links, de meisjes rechts. Ik voelde me als recalcitrant spijkerbroeken-puber-meisje al doodongelukkig in een rok, laat staan met heuse panty's en dansschoenen met strakke riempjes. En dan die jongens! De enige jongens die ik tot die tijd kende waren mijn zeilvrienden in Terhorne en wat ondefinieerbare klasgenoten waar ik het liefst ver bij uit de buurt bleef. Nu lag ik wekelijks onwennig in de armen van menig onzekere slungelige jongeman met zweethandjes en teveel aftershave. Na het eerste standaard gestuntel kreeg ik tot mijn eigen verbazing al snel de smaak te pakken, ik wende aan het dragen van rokken en dansschoenen en oefende de geleerde pasjes thuis met mijn vader op grammofoonmuziek. Mijn eerste lange baljurk met het strakke lijfje en de verse bloemcorsage die ik droeg tijdens een bal in Huize Maas kan ik nog uittekenen. Gaandeweg ging ik aan ballroom en Latin medal tests meedoen en had na een tijd alle haalbare speldjes vergaard.
Naast zeilen is dansen altijd een grote passie van me gebleven en als ik bij mijn vader ben en hij heeft oude muziek opstaan dan zie ik zijn twinkelende ogen vragen :"zullen we?" 



   

dinsdag 6 mei 2014

"Mama wanneer ga je weg?" (Lucinde 2014)



"Mama hoe laat gaan we de eettafel verplaatsen en de hapjes maken?"
Lucinde die die avond samen met een vriendinnetje een feestje bij ons thuis geeft en drie en twintig opgeschoten pubers heeft uitgenodigd komt de badkamer uitgestoven met een handdoek als een tulband om haar haar gewikkeld. Ik heb de zaterdagkrant heerlijk maximaal uitgevouwen op de eettafel, ga helemaal op in de achtergrond verhalen en neem af en toe een slokje rooibosthee ("dat is goed voor je mama, daar word je namelijk rustig van" plachten mijn bloedjes regelmatig te zeggen). Als ik over mijn leesbrilletje tuur staat er een opgefokte, net gedouchte puber met druppend haar voor me. "Sjonge jonge, daar zijn we toch niet de hele dag mee bezig. Relax", zeg ik terwijl ik in alle rust een bladzijde omsla en een bodempje thee wegslurp. "Nou de meiden komen hier al op tijd om zich om te kleden en op te maken, dus.." De zin wordt niet afgemaakt. Mijn jongste bloedje drentelt al druppend naar de koelkast en vraagt en passant. "mama, hoe laat gaan Niels, Pip en jij eigenlijk weg? Toch wel voordat de meiden komen he? Wil je eerst nog wel even helpen de tafel voor de openslaande deuren te zetten en de eetkamerlamp omhoog te doen zodat we eronder kunnen dansen?". "Ja ja, komt goed", mompel ik en lees verder.
Tegen zessen houdt ze het niet langer. "Mama, ik wil nu echt de tafel verplaatsen, dan kunnen jullie weg. "Ja hallo, waar moet ik al die tijd heen met Pip, ik kan toch niet met een hond naar de bioscoop?" stribbel ik tegen. Als we eindelijk tot grote opluchting van Lucinde de zware ruim twee meter lange eettafel hebben verplaatst en dus de weg naar buiten hebben gebarricadeerd is het de bedoeling dat de bijkeukendeur ontsloten wordt om zo de garage te bereiken waar de extra pakken drinken en -tig zakken chips zijn opgeslagen. "Mammmaa, waar is de sleutel van de bijkeukendeur, hij zit er niet in!?" gilt Lucinde boven het geluid van de schuurmachine van onze eeuwig klussende buurman uit. "He, die moet er inzitten!" schreeuw ik terug. Afijn, lekkere timing, sleutel pleite. "Nu kunnen we er straks niet meer uit!" blèrt Lucinde uit de bijkeuken. "We moeten de tafel terugzetten, dan kunnen jullie door de openslaande deuren" kakel ik luidkeels terug. Lucinde komt mokkend de keuken weer in. "Mama ik kom in tijdnood, de meiden komen zo en jullie moeten weg!"
Sjonge jonge dochters, tien jaar van mijn leven, dacht ik nog. En ik maar rooibosthee drinken...
Vandaag, drie maanden later, vond Niels, tijdens het door lief repareren van mijn bed waar ik vorige week middels een onhandige kniesprong doorheen zakte, de sleutel terug. Hij had al die tijd onder mijn slaapsponde gelegen.
"Mama, waarom heb jij die bril eigenlijk...?"              

maandag 5 mei 2014

Het babybord (Sanne 2014)



"Nou ik weet het niet hoor, ik ben niet zo crea!"
Sanne komt met haar mobieltje in de hand op haar fluffie sloffen, onopgemaakt, het terras opstiefelen en beëindigt zichtbaar geagiteerd het telefoongesprek. "Mooie boel, nou moet ik weer wat verzinnen!" moppert ze terwijl ze Pip aan de kant duwt en op een stoel neerploft. Haar vriendin Maaike en ik die net heerlijk rustig met onze ogen dicht van de voorjaarszon zitten te genieten, staken abrupt ons gesoes en kijken haar verbaasd aan. "Hoezo, wat moet jij verzinnen?" vraag ik terwijl ik mijn ogen aan het felle licht laat wennen. 
"Nou gewoon, Robert en ik hadden bedacht dat mijn verjaardagsfeest dit jaar speciaal is, en daarom hebben we dit keer het thema 'baby' gekozen", pruttelt de aanstaande moeder die inmiddels Pip op schoot heeft genomen. "Maar wat is het probleem dan?" vragen Maaike en ik in koor. "Nou eh, eigenlijk dat het feest over een paar uur al begint en we nog geen thema-aankleding hebben en nu moet ik van Robert stante pede iets leuks verzinnen zodat iedereen die vanavond komt betrokken wordt bij de baby, en mama, jij weet dat ik niet crea ben!""Waarom kom je daar nu pas mee, het is ook altijd hetzelfde liedje" kreun ik. "Ja, weet ik veel, ik heb ook zoveel aan mijn hoofd, en ik moet me nog omkleden en opmaken, de kamer versieren en ik wil eigenlijk ook nog even slapen" jammert mijn zwangere bloedje. Maaike, zoals gewoonlijk de rust zelve, trekt haar vestje weer aan, staat op en zegt "San, je moeder en ik gaan het dorp wel in en we bedenken wel wat, we zijn over een uur terug om de slingers op te hangen en de kamer te verbouwen". Zo gezegd, zo gedaan. Maaike en ik gaan met gierende banden naar het centrum en brainstormen ondertussen in de auto over thema spullen. In een tijd van een mum lopen we met onze armen vol baby-thema-meuk. Grote plastic blauwe en roze muisjes schalen, snoepspeentjes, blauwe en roze babyslingers en last but not least een groot vierkant canvas doek met een zwarte stift, lijm, een zak vol kleine blauwe knijpertjes en een doos vol roze strikjes. 
Die avond stonden ze zij aan zij te glunderen, papa en mama in spe. Op het barretje hadden we het canvas doek neergezet en iedereen die binnenkwam mocht zijn of haar baby voorspelling doen. Met de zwarte stift schreven ze hun naam, daaronder de te verwachten geboortedatum en -tijd en tenslotte mochten ze er een strikje of een knijpertje bijplakken voor het geslacht.
Het was een bijzonder verjaardagsfeest dit jaar.
     

zondag 4 mei 2014

Ik mijmer de nacht vol (1977)














Ik mijmer de nacht vol

Gevoelens, gedachten
mijmeringen aller nachten
met zwijgende sterren
en een tijd die oneindig lijkt

totdat de zoveelste morgen opkomt
verstomt de zoveelste mijmering
en rest een herinnering
aan weer een slapeloze nacht.

Annet (1977)