zaterdag 26 oktober 2013

Grindelwald 1980



"Hallo Fraulein Gorter, bitte herunterkommen, Telefon fuer Sie!". Frau Ruch, de "akela" van het studentenhuis in Zuerich bonkt op de deur van mijn kamer. Ik ren met beleid de met boenwas gepoetste trap af en vlieg regelrecht het telefoonkamertje in. "Hallo Annet, met tante An", knerpst het aan de andere kant van de lijn. "Wij zijn in Grindelwald met zijn allen, heb je zin om morgen met de trein te komen en het weekend bij ons te blijven, we regelen wel wat met slapen, neem je je skies mee?" Mijn hart maakt een sprongetje. Ik heb ze al lang niet gezien, de Leuzen, en al helemaal niet in een winterse entourage en ik verheug me enorm op wat afleiding. Ik schop mijn studieboeken in een hoek en zoek mijn spullen bijelkaar. De volgende morgen gooi ik mijn skies over mijn schouder en pak de trein richting de gezelligheid. In de chateau van oom Jan en tante An op de camping in Grindelwald is het een drukte van belang. Een bont gezelschap heet mij welkom. We praten bij, we lachen, oom Jan grapt dat het een lieve lust is, tante An kan de hapjes niet aanslepen Rita en Loes halen gekkigheid uit, Bertus en grote Ronald hangen onderuit in de caravankussens, Riki helpt An met de catering. Ik kom ogen en oren tekort. Zelden heb ik me zo welkom gevoeld. Na het laatste potje kaarten tellen we koppen en slaapplaatsen en komen we al zingend en grollend tot de ontdekking dat er teveel koppen zijn .....We kleden ons uit en wurmen ons zo goed en zo kwaad als het kan stijf tegenelkaar aan voor nog een beetje slaap. 
Die nacht bleef het nog lang onrustig....                       

vrijdag 25 oktober 2013

Hier horen ze...


"Wij gaan hier niet meer weg he opa?" Haar hand gaat op de tast naar zijn arm en blijft daar heel even liggen. "Nee oma, dat hebben we toch samen besloten", zijn oude vingers strengelen zich in de hare.
Zo'n twintig jaar geleden was hun voorperkje nog 1 grote bloemenzee, met vaste plantjes waartussen wekelijks werd geschoffeld. Als opa een tijdje met het onkruid in de weer was, legde oma haar breiwerkje weg en riep hem in de deuropening binnen voor koffie. Nu kijken ze uit op een 'pleintje', want, "het wordt hem teveel". Naast de voordeur aan de buitenkant is inmiddels een alarm aangebracht en in de gang onder aan de trap getuigt het trapliftje van de op leeftijd zijnde bewoners.
De kleine woonkamer wordt voor de helft in beslag genomen door twee enorme 'op-sta-stoelen'. Als opa trots de werking wil laten zien, trekt hij wat onhandig aan de hendel en schiet als een snoek naar voren". Ik kan een glimlach niet onderdrukken. "Ach, dat leren we nog wel", verontschuldigt hij zich.
Boven de eettafel hangt een enorme loep en er ligt een breiwerkje op tafel waar de pennen fier uitsteken. "Ik ben zo blij dat u nu uw hobby weer kunt oppakken" zeg ik bij het afscheid en ik neem me voor de volgende keer een paar bolletjes wol mee te brengen.
Dit is waar ze horen, dit is waar ze blijven........... 

donderdag 24 oktober 2013

Terhorne middenveldje 1974


"Gaan we eigenlijk nog wat doen?", Kees ploft neer, trekt zijn elleboog onder zijn romp en begint verveeld op een grasspriet te kauwen. Het middenveldje, in de jaren '70, toch wel het episch centrum van camping Oan e Poel. Daar waar we plannen beraamden, liedjes schreven en instudeerden, de indeling van de boten voor de dropping bespraken en geintjes uithaalden.
Tot in den treuren spelletjes doen, nieuwe spelregels bedenken en dan gierend van het lachen over elkaar heen rollen totdat je geroepen werd voor het eten. 
En bij slecht weer met zijn allen opgepropt in het kleine caravannetje van Hollander, je kon er bijkans geen poot trekken, Kees met zijn shag, Klaas met zijn lange benen, Janny met haar aanstekelijke lach.
En soms verdween er op een onbewaakt moment uit de drankkast van onze ouders een fles. Dan schichtte een van ons over het veld, de buit verstopt onder een trui en rende regelrecht het middenveld op, waar wij al in een kring zaten te wachten. 
Nadat de kust veilig was bevonden ging de fles de groep rond en namen we een voor een gelaten een - te grote - slok om vervolgens meer dan eens spugend in de bosjes te belanden.....
Vrienden vijftigers, waar is de tijd gebleven....? 
          

 

woensdag 23 oktober 2013

Meneer de Wit bij Fokje




"Hallo Annet, met Piet!", hoor ik aan de andere kant. van de lijn. "Piet wie?" vraag ik, meteen gevolgd door "Oh meneer de Wit, u bent het, nu hoor ik het, hoe gaat het?". "Nou even een kink in de kabel, ik ben mijn kapster kwijt en mijn haar is te lang!" meen ik in zijn paniekerige stem te horen. "Meneer de Wit, even wat duidelijker spreken want de lijn is heel slecht. Dan tettert de boodschap met -tig decibellen nogmaals door mijn mobiel. "Nou helemaal geen man overboord meneer de Wit, ik neem u gewoon mee naar Fokje, een vriendin van mij, kun je mee lachen en dan ben je er ook even uit". "Hoeveel haar heeft ie?", vraagt Fokje als ik haar bel voor een afspraak en informeer hoeveel geld meneer de Wit moet meenemen. "Weet ik veel, gewoon 'kaal met wat haar links en rechts, een soort Lambik kapsel" zeg ik. De volgende ochtend wordt meneer de Wit met veel egards in de salon ontvangen. Hij glundert van oor tot oor. "Zo dus u bent meneer de Wit" zegt Fokje, terwijl ze zijn jas aanneemt en ophangt. Ze zet zijn stok weg en ondersteunt hem naar de stoel.  "Ik heb al zoveel over u gehoord, ik vind het leuk dat ik u nu ook eens in levende lijve zie". Ze zet zijn bril af en hangt hem de kapperscape om. Ze bestudeert zijn haar en zegt dan "u was vroeger zeker rossig, en u heeft net als ik heel veel sproetjes, laat uw handen maar eens zien". Ze houden hun handen naast elkaar en lachen. Het ijs is gebroken. Onderwijl geef ik hem een kopje koffie en lees een roddelblaadje. Als ze hem na afloop de jas weer aandoet en de stok in zijn handen drukt vraagt ie schuchter "wilt u wel mijn vaste kapster worden mevrouw?" "Tuurlijk meneer de Wit, dat wil ik heel graag, komen jullie gewoon weer samen en dan ga ik uw haar ook eens lekker wassen, ik heet trouwens Fokje. "Goed mevrouw Fokje, tot de volgende keer" zegt ie bij het verlaten van de salon.
Voordat ik hem bij het tehuis afzet, kijkt ie nog even in de autospiegel en geeft zichzelf een goedkeurend knikje...             

dinsdag 22 oktober 2013

"Ed en Willem Bever"



"Help, er brandt opeens een heel eng lampje!", schrik ik en stoot dochterlief naast me aan. "Er zal wel weer wat op zijn of zo, weet ik veel" en Lucinde verdiept zich weer in haar telefoon. Ik heb ondertussen mijn leesbril met een maai uit mijn tas op de achterbank getrokken en mijn hersens tollen. Ik tuur tussen mijn stuur door en zie een kannetje met een drupje eraan." Nou ik ga stoppen hoor, ik vind het niks, straks loopt de motor vast", wanhoop ik, en manoeuvreer al bijremmend de vluchtstrook op. "Kijk eens achter je of daar nog een can olie ligt, dan doe ik alvast de motorkap open" zeg ik terwijl ik uit de hevig schuddende auto wil stappen. "Ja volgens mij zie ik een can", "moeten we nu eigenlijk ook van die hesjes aan mama?" "Nou ga jij die maar zoeken dan," stel ik voor, "je ziet toch dat ik bezig ben!". Lucinde zit gedraaid in de stoel en tovert een can met motorolie tevoorschijn, die blijkbaar onder een van de stoelen ligt. Ondertussen hang ik onder de motorkap en ben in gevecht met de peilstok die als een rietje door de luchtstroom van de voorbijrazende auto's steeds wegwaait en kleine druppels olie op mij lekt. "Gatverdamme, ik zit er onder!" roep ik, terwijl Lucinde zich weer in de auto heeft verschanst en opgaat in haar telefoon. "En ik weet niet in welk gat ik het moet gieten, ook dat nog!" stuntel ik. Ik hijs mezelf weer naar binnen en ga lief bellen. Geen gehoor. "Sjonge jonge, wat een ellende, ik ga nog eens 's ochtends in het donker op pad onder het mom van "als we er vroeg zijn, slaan we ons slagje en gaan we weer naar huis". "Wat zijn we ook een stelletjes sukkels" kakel ik door. Hoezo "we", ik heb niks verkeerd gedaan, ik zit hier gewoon", klinkt het rechts van mij.
Dan belt lief terug "ja dat zwarte knopje links boven is van de olie, gooi het daar maar in".
Na een dik half uur vertraging, gespikkeld als een lieveheersbeest , klap ik de motorkap dicht en kruip weer achter het stuur.
"Ik heb echt zin in de Primark mama, wel jammer dat we nu zo laat zijn....."    
  

     

maandag 21 oktober 2013

Terhorne hete zomer van 1975



"Wie heeft er zin om te zeilen?", Siets doet nog een poging. "Mij veels te warm, laten we gaan zwemmen" stelt Nienke voor.  De groep zit, hangt en ligt amechtig  onder de bosschages bij de steiger, luistert loom naar de klanken uit de meegebrachte cassetterecorder en puft en zucht onder de verzengende hitte. Het is de hete zomer van 1975. We waren meer in het water te vinden dan in onze boten en begonnen pas te leven als de zon onder ging. Plannen borrelden zoals altijd bij de vleet: "Jongens, wie regelt roeiboten voor de waterdropping?" en "wie gaan bij elkaar in de boot?" en de meest precaire vraag die elke week een korte stilte veroorzaakte: "Wie kan een fles drank ritselen?"
Als de taken waren verdeeld, wilde Klaas meestal nog even weten of we ons gingen inschrijven voor de wekelijkse zeilwedstrijd, een ware camping happening, die zich afspeelde op de Terhornster Poel en werd georganiseerd door zeilvereniging "Onder Ons", een handjevol bejaarde knakkers. 
Bij het ronden van de boeien die pal voor de camping lagen klonk er luid getoeter en geschreeuw vanaf de steiger, waar onze ouders, op een rijtje klapstoelen, met verrekijker in positie en drankjes binnen handbereik ons enthousiast  aanmoedigden.
De handbeschilderde prijsjes van Boukje zijn de stille, maar waardevolle getuigen 
van die onvergetelijke tijd ........     

zondag 20 oktober 2013

Ja heel handig mam....


"Nou mam je hebt weer een fantastisch apparaat gekocht!", "Zeker in de aanbieding, verbaast me niks!".
Lief moet een boodschapje doen en ik ga even mee voor de gezelligheid . Uiteindelijk slaagt hij zelf niet, maar loop ik tegen een "handige" vloerwisser aan. "Ook niet duur", zeg ik en pak een doos uit het rek en poot hem bij lief onder de arm. Thuisgekomen vraag ik mijn jongste bloedje en klasgenootje Rik die net een mislukte pudding hebben opgepeuzeld, waarvan het aanrecht getuige is, om "het handige ding" even in elkaar te zetten. "Oh is het weer zover, heb je weer iets goedkoops op de kop getikt?", Lucinde trekt een bedenkelijk gezicht. "Das nou typisch mijn moeder" zegt ze verontschuldigend richting haar klasgenoot. "'t Zal wel weer niks zijn, wedden?"
Samen openen ze gniffelend de doos en puzzelen het gevaarte inelkaar. "Nou, doet ie het?" vraag ik enthousiast als ik mijn hoofd even later om de hoek steek. "Sjonge jonge, wat een kloteding!" "De dweil blijft niet vastzitten, die lubbert gewoon los" en "moet je kijken, als ie plat is past ie niet in de wringer" en "als ik hem erin prop, krijg ik hem er niet uit!" "Mam, gefeliciteerd met je handige aankoop!" 
Dan doet Rik nog een duit in het zakje. "Je krijgt hem alleen los, als je je voet in de emmer zet, maar ja daar zit dan als het goed is water in....."