zondag 13 april 2014

Zooitje ongeregeld (Schildweek 1979)



"Toe, ik wil slapen!"
Valerie wordt door Ton en Sybrand van haar slaapzak gelicht. Het hoorde bij de kolderieke capriolen tijdens de Schildweek in de jaren 70. Als onze ouders ons goed bedoeld en serieus aan het instrueren waren over de proviand die ze in onze tenten hadden geduwd met woorden als "die nasi is voor morgen en die ravioli kan een dag later" ging het ons het ene oor in en het andere uit. Ook moederlijke opmerkingen als "houden jullie de tenten dit jaar nou eindelijk eens een beetje opgeruimd, ga niet te laat naar bed" en "laat die natte zeilkleding nou niet weer stinken op jullie bedden", waren ook in 1979 weer tegen dovemansoren gezegd. We knikten wat, zeiden af en toe op de goede momenten "oké" en "ja" en wisten na de preek niet hoe snel we ze met een kus hier en een knuffel daar moesten wegbonsjoeren zodat wij eindelijk onder elkaar waren en ons eigen leven konden leiden tijdens die heerlijke beruchte zeilweek in juli. 
Ons zooitje ongeregeld, verspreid over een aantal tenten en een rode bus zette 1 keer per jaar de boel op stelten tijdens de Schildweek. Eten en slapen waren bijzaken, evenals opruimen en je gedeisd houden. De week stond in het teken van wedstrijdzeilen, feesten en lawaai. 's Ochtends liep je, na een te verwaarlozen aantal uren slaap, lodderig en met een bonkend hoofd en slepende gang naar de trailerhelling, waar je je zeilen uitstal en andere zeilaccessoires vast klaar legde voor de dagwedstrijd. Ondertussen links en rechts wat slap ouwehoerend met andere slaapkoppen om vervolgens de windsterkte en -richting alsmede de baan door te nemen. Na afloop van de zeilerij werden de boten weer op de trailers gehesen, afgetuigd en van dekkleden voorzien en begaven we ons naar ons tentenkampje, met Siets zijn residentie als glorieus middelpunt, waar we onze spullen lukraak neerkwakten. Na een homp brood te hebben genuttigd en een guts cola naar binnen te hebben gegoten werden de slaapzakken uit de tenten gesleurd en lag de hele meute binnen een kwartier total loss te ronken.
Als we uren later weer de geest kregen graaiden we wat blikken Suzi Wan nasi uit een van de proviand kratten en lepelden de inhoud om beurten, rechtstreeks uit het blik naar binnen. Op die manier verloren we geen tijd met koken en konden we ons aansluitend razendsnel opfrissen en onze illustere opwachting maken in Boei 12, waar het credo was feesten, feesten en nog eens feesten.   
    

Geen opmerkingen:

Een reactie posten