vrijdag 20 december 2013
Kerst nostalgie jaren 60
"Jan, haal jij even een kerstboom?' Het is krap een week voor kerst, de eetkamertafel ligt bezaaid met opengeslagen kookboeken, losse handgeschreven, bemorste recepten en schetsjes voor menukaarten. De kerstversiering en -accessoires zijn van de zolder gehaald en een paar pakken spierwitte kaarsjes, prijken ernaast. Mijn moeder houdt van kerst, de tradities die eromheen hangen, de feestelijke kleding, het kerstdiner, de mooi gedekte tafel met het glimmende zilver en niet te vergeten de zorgvuldig uitgezochte muziek. Mijn vader figureert in deze periode als logistiek leider, kerstboom inkoper, culinair secondant, kaarsjesvervanger en fikkie blusser.
"Mieke, ik ga wel even naar Van Es voor een mooie volle boom". Hij legt de krant weg, pakt zijn jas van de kapstok en gaat naar de plaatselijke boomkweker. In de tussentijd checkt mijn moeder welke miniatuur ballen, bellen en sneeuwpoppen het afgelopen jaar hebben overleefd en neemt ze een beslissing over de te bereiden gangen. Als mijn vader met de kerstboom in de achterbak de oprit oprijdt staat mijn moeder al klaar met een zaag en een aardappelschilmesje zodat hij de boom op maat kan maken, dikke takken kan afzagen en een puntje kan slijpen voor de piek. "Jan, kijk uit voor je vingers", zegt ze bezorgd.
Samen zetten ze vervolgens de boom in een emmer met tuinzand en tillen het gevaarte naar de woonkamer. Dan kruipt mijn vader weer achter zijn krant en slaat mijn moeder aan het decoreren, klemt de knijpkaarshoudertjes aan de takken, drukt voorzichtig de kaarsjes erin en vleit als laatste voorzichtig het engelenhaar over de boom.
In de opmaat naar de kerst is het gezellig onrustig in huis, heerlijke aroma's hangen in de lucht, de keuken is heilig verklaard, het zilver wordt gepoetst, kerst lp's draaien overuren en feestelijke kleding wordt klaar gehangen. Als we traditiegetrouw op Tweede Kerstdag met drie generaties aan tafel zitten, beleven we de apotheose van al die uren liefdevolle voorbereiding. De gangen zijn allemaal even heerlijk en lopen naadloos in elkaar over. Als kaarsjesvervanger en 'fikkie blusser' at mijn vader altijd het minst rustig met kerst. "Jan , links boven, dat gaat verkeerd, toe gauw!" Ik zie hem nog zo'n beetje elk kwartier zijn bestek neerleggen en de tafel verlaten om een kaarsje te vervangen of een brandende tak te blussen met het water dat mijn moeder in een emmer onder de boom had gezet. Gek dat je zulke dingen nog zo precies weet. Het sluitstuk van het diner was vaak de bewerkelijke Charlotte Russe waar mijn moeder een breed rood lint om had gedrapeerd en die ze opdiende met een knisperend brandend sterretje. Dan volgden de sigaren, de café complet en de anekdotes.
Kerst jaren 60, als ik mijn ogen dicht doe, ben ik weer dat kind, dat staarde in de kaarsjes, dat nieuwsgierig deksels optilde in de keuken, dat krullers kreeg in het haar....................
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten