donderdag 23 januari 2014

Vakantiegevoel revisited (2004)



"Mama waar gaan we eigenlijk heen met vakantie?"
Drie paar kinderogen kijken me verwachtingsvol aan. Mijn bloedjes hangen voor de tv en er staat een tekenfilmpje op.
Takkie drentelt door de kamer en de radio in de keuken speelt zachtjes. Ik voel me vandaag emotioneel in het nauw gedreven door deze simpele vraag van mijn drie kinderen voor wie 'vakantie' het toverwoord is. 'Vakantie is als de zon schijnt, als je veel lacht en je vriendjes hebt om mee te spelen', 'Vakantie is zorgeloos genieten, zoals alleen kinderen dat kunnen'. Voor mij, als moeder en 'locomotief' van dit, wat ik zelf in die tijd placht te noemen 'geamputeerde gezin', is vakantie op dat moment de pot vol goud aan het einde van de regenboog, de fata morgana in de woestijn, waar ik slechts in gedachten naar kan hunkeren, maar wat verdwijnt als ik er ook maar enigszins in de buurt kom.
De kinderen voelen instinctief aan dat ik worstel met mezelf, mijn gedachten en emoties. Het is nog niet verwerkt, de wond nog zo open. 'Het zal nooit meer hetzelfde zijn', huil ik stil van binnen, terwijl ik mijn bloedjes van top tot teen opneem.
"Mama als jij niet wilt, dan hoeft het niet", ze hebben zich gedrieën om me mee geschaard en de warmte die van hen afstraalt doet bijna pijn. Ik verman me, strijk ze over hun bol en breng met moeite uit "mama bedenkt wel wat". Voordat ze de tranen kunnen zien die ik voel opwellen, draai ik me om en ga quasi het aanrecht opruimen.
Die avond zet ik de knop definitief om, ik pak mezelf bij de schouders, gooi de pillen die me op de been moesten houden weg en draai voor het eerst sinds lange tijd weer een gezond aantal uren slaap. Laverend tussen werk, boodschappen, BSO, huiswerk overhoren en juridische sores door boek ik, eerst weifelend, maar al snel vol overtuiging, een busreis voor alleenstaande ouders naar Frejus. De kinderen zijn door het dolle heen. Hun blijdschap van toen is me tot op de dag van vandaag bijgebleven. Ze pakken hun tassen in, zwaaien met knuffels en strepen elke avond de nachtjes af tot we vertrekken.
In Frejus vallen we tussen de 'losse' papa's en mama's niet op en kan ik me bij het zwembad heerlijk verliezen in een boek, terwijl mijn bloedjes zich amuseren met het 'vliegerteam', 'de trefbalclub', of 'de zandkastelengroep'.  
Als Lucinde na een potje zakdoekje leggen met een kleur als een bellefleur en een smile van oor tot oor op me af rent, hijgt ze buiten adem : "er zijn hier veel meer mama's die geen papa meer hebben.....!"        

Geen opmerkingen:

Een reactie posten