zaterdag 24 mei 2014

"Wie hoort bij wie...?" (2012)



"Annet, waar is mijn vader?" "Fokko, heb jij mijn moeder gezien?"
Het zijn de zinnetjes die tijdens vakanties heen en weer worden gepingpongd sinds mijn bloedjes en ik deel zijn gaan uitmaken van het leven van een papa en zijn vier kids. Hoeveel nachten heb ik die tien tobbige jaren die daaraan voorafgingen niet wakker gelegen, peinzend over hoe nu verder met mijn, zoals ik zelf placht te zeggen "geamputeerde" gezin. Bij elk jaar dat ik langer alleen was sloop er meer twijfel in me, bekroop me het gevoel van "is dit nu alles?" Ik vroeg me regelmatig af "hoe zou ik in godsnaam op de lange termijn die leegte kunnen vullen die bij tijd en wijle meer pijn deed dan ik wilde toegeven, zou ik ooit weer zij aan zij, schouder aan schouder de branding door durven, of bleef moeder-zijn de hoofdrol van mijn leven?" Ik merkte dat 'sterk zijn' in de loop der jaren een pantser werd en 'flink zijn' een muur en ik raakte steeds verder vervreemd van mezelf, maar wat nog erger was, op drift voor anderen. Totdat ik hem ontmoette.
Hij die alles vertegenwoordigde wat ik niet was, die rust bracht in mijn woelige baren en warmte blies in mijn bekoelde hart. En toen we de twee halve, nog ietwat beschadigde, schalen van onze beide gezinnen voorzichtig op elkaar legden ontstond een bijzonder verbond waarvan ik nooit had durven hopen dat ik het nog zou meemaken.
"Annet, hoe oud ben jij eigenlijk?" wilde Julian weten bij het tent opzetten tijdens onze eerste gezamenlijke vakantie in Terhorne. Toen ik met mijn hoofd onder het tentdoek door mijn leeftijd zei, schreeuwde hij richting zijn vader "Jemeg papa, het is wel een oude vrouw!" We kunnen er nog steeds smakelijk om lachen.
Inmiddels zijn we gewend aan hoe we functioneren met zijn allen enerzijds en elk met ons eigen gezin anderzijds. Als we ergens met de hele groep zitten te eten weten we niet beter dan dat we de aandacht van andere gasten trekken en menig hoofd onze kant wordt opgedraaid. 
Je ziet ze denken "wie hoort bij wie...?"     
  

    

vrijdag 23 mei 2014

Boegbeeld (Terhorne 2008)



"Mam, kijk eens naar mij, ik maak even een foto".
Ik heb mijn moeder vanaf de steiger beslopen en hou mijn camera in de aanslag. "Ik hoorde je heus wel aankomen hoor want je rammelt altijd met je armbanden, dat heb je zelf niet door" lacht ze terwijl ze haar boek weglegt en me aankijkt met haar ogen knipperend tegen de zon. "Waar is dat voor?" vraagt ze met haar hoofd een beetje schuin en ze trekt en passant haar blouse even recht en plukt een koekkruimeltje uit haar deco. 
Nou ik maak de hele middag al foto's" zeg ik. "Stel dat de camping inderdaad wordt opgedoekt en ze gaan hier allemaal huisjes neerpoten dan wil ik toch wel wat mooie plaatjes hebben als herinnering. Niet dat ik het vergeet hoor, maar gewoon voor mezelf". Ze knikt instemmend, legt haar boek op de tafel en zegt "Ik wil er wel op, maar dan ga ik echt niet lachen anders komt dat stukje goud aan mijn voortand erop en dat wordt namelijk altijd zwart bij het afdrukken". Vervolgens vouwt ze haar bovenlip vakkundig over de tand in kwestie heen en kiest positie. "Nou mam, ben je er klaar voor?" zeg ik terwijl ik wat door mijn knieën ga om haar goed in beeld te krijgen. "Wacht even Annet, hoe zit mijn haar, ik doe het nog even goed bij mijn oor" en ze frunnikt wat aan een lokje. "Nu druk ik af hoor mam, ik krijg kramp in mijn benen van dat hurken". 
Nadat de foto is gemaakt en ik nog gauw even een koekje heb gebietst loop ik naar mijn eigen caravan en draai me vlak voordat ik over het greppeltje spring nog even om. Door het struikgewas heen zie ik haar zitten, het boek weer opengeslagen op schoot, het leesbrilletje koket op haar neus, het kopje koffie en het ovale groene koektrommeltje voor haar op tafel. 
Wie kan haar niet zo uittekenen, mijn moeder, zo'n beetje het boegbeeld van het veldje op de poelcamping. Ze overzag alles vanaf haar strategische positie met zicht over het water, een pleisterplaats waar iedereen graag kwam, de lach de hele dag doorrolde en de gastvrijheid hoogtij vierde.
Op de plek waar zij meer dan veertig seizoenen met haar caravan heeft gestaan, waar zij haar eigen sores en die van mij erbij verwerkte en haar kleinkinderen zag dartelen en opgroeien staan nu moderne zomerhuizen met aangelegde tuinen en liggen glimmende sloepen in keurig gegraven waterpartijen.          

donderdag 22 mei 2014

Pubers van toen, ouders van nu (2008 - 2014)



"Mama, mag Robert ook mee naar Ameland?"
Puber Sanne drentelt om me heen en ik weet als ik naar haar gezicht kijk, waarvan de onderlip voor de gelegenheid geprononceerd op pruilen staat, dat ze net zolang zal blijven smeken totdat ik instem om haar vriendje Robert mee te smokkelen naar het piepkleine duinhuisje op Ameland dat ik voor vier personen en een hond heb gereserveerd gedurende de meivakantie van 2008. Mijn hart en hersenen voeren inwendig een hevige strijd. "Sanne, ik ben echt de pineut als ze gaan controleren, want wij zijn daar dan dus met twee verstekelingen, omdat ik Diddy ook al onaangekondigd meeneem" schutter ik en ik begin me al enigszins ongemakkelijk te voelen. Naast mij klaart een pubergezicht op en wordt een pruillip ingetrokken. De overwinning smaakt haar zo te zien honingzoet. Ze schuift wat langs het aanrecht en vraagt dan quasi nonchalant "zal ik de vaatwasser even leeghalen en dan bel ik daarna Robert even om te zeggen dat het goed is..".
Sanne en Robert, acht jaar verkering. Ik weet het nog als de dag van gisteren. Een rumoerige chaotische bakvis van veertien met alle bijbehorende nukken, helemaal hoteldebotel van een keurige rustige jongen die op dezelfde middelbare school zat, een paar klassen hoger dan zij.
Bij het zien van deze foto gaat er veel door me heen. We hadden heerlijke dagen met zijn vijven op Ameland. We redderden met zijn allen in 'Receptaculum', het zwaar gedateerde inimini huisje met de mysterieuze naam dat verscholen lag in de duinen van Nes, knusjes tegen de bosrand aan. We trapten met opbollende jassen tegen de wind in naar de vuurtoren en toverden elke dag bij het petieterige keukenblokje met veel kunst- en vliegwerk een redelijke maaltijd op tafel waarna mijn drie bloedjes met zachte dwang van Robert's zijde de afwas voor hun rekening namen. Ik zag hoe 'onze verstekeling' zich die dagen intensief bekommerde om Niels, puzzeltjes legde met Lucinde en vriendinnetje Sanne temperde als de gemoederen in de kleine ruimte weer eens dreigden oververhit te raken.
Het was een memorabele week.
Sanne en Robert, de een bloedeigen, de ander ondertussen in het hart gesloten.
De omstandigheden van de laatste maanden hebben hen versneld volwassen gemaakt. Nieuwe verantwoordelijkheden verwijzen de jarenlange onbezorgdheid definitief naar de achtergrond.
Pubers van toen, ouders van nu.

woensdag 21 mei 2014

Verstild moment (Terhorne jaren 70)



Wat kunnen verstilde momenten als deze toch veel herinneringen oproepen.
Alsof er zoemend een film door een projector draait, het beeld op het uitschuifbare projectiescherm opeens stil blijft staan en de filmapparatuur begint te ratelen. Je ogen worden als vanzelf naar het plaatje toe gezogen en je hersenen en je hart registreren respectievelijk herinneringen en emoties.
Herinneringen aan mensen, ieder met zijn of haar zwakheden en eigenaardigheden, mensen die jaar in jaar uit deel uitmaakten van een hechte groep bij wie het altijd goed toeven was, mensen die stuk voor stuk voor gezelligheid, vertrouwdheid en saamhorigheid stonden en toen nog geen flauw idee hadden wat voor impact dat zou hebben op ons latere 'grote mensen' leven.
Emoties ook, emoties bij een tijdsbeeld, de jaren 70, een episode die de nodige bladzijden in ons leven heeft gevuld. En niet alleen met ontluikende liefdes, maar ook met puberale schroom en onzekerheden enerzijds en balorige overmoedigheid anderzijds. We stonden samen aan het begin, we ontwikkelden ons naast elkaar en gingen hand in hand huiverend door de branding.
Als ik dit verstilde beeld zie, kijk ik in de ogen van het kind dat ik was, balancerend op de treeplank van het leven. Nu pas weet ik dat er nog zoveel lessen kwamen om te leren, dat ik de meeste fouten nog moest maken en nog vele teleurstellingen zou moeten verwerken.
En anno 2014, bijna 40 jaar later, raken de beelden van toen me beduidend meer dan vroeger. Is het de nostalgie, de heimwee of misschien toch de melancholie? Zijn het de illusies van toen, de nagejaagde dromen, of is het wellicht de toekomst die anders werd ingekleurd?
Mijn kinderen zouden zeggen "Mama, je wordt oud..!"  
     

dinsdag 20 mei 2014

Spaghetti koken 2.0 (2014)



"Mama, mag ik zo meteen koken?"
Ik heb net mijn tas in een hoek gegooid na anderhalf uur puffen in de auto op binnendoor weggetjes in de prairie van Friesland en weet niet hoe snel ik een slok koud drinken uit de koelkast moet trekken. Lucinde hangt verveeld tegen het aanrecht en draait wat aan haar wel erg ontkleurde en eigenlijk te blond uitgevallen lange haar. "Oh dat komt mij prima uit" kreun ik, "want Niels moet straks naar voetbal, dus we moeten even opschieten", en ik schop mijn schoenen in een hoek en trek een sprintje naar het toilet. "Dan moet je me straks wel even geschiedenis overhoren, enne, wat eten we eigenlijk?", roept mijn jongste bloedje me na en ze begint alvast luidruchtig wat pannen uit de la te trekken. 
Als ik weer in de keuken kom staat ook Niels, die zich inmiddels heeft weggerukt achter zijn IPad, met spanning af te wachten wat de pot zal schaften vanavond.  "Ik heb spaghetti met carbonara saus en blokjes ham, dat is niet zo moeilijk, gewoon koken en roeren, meer niet" zeg ik terwijl ik alvast wat bestek pak en borden uit de kast haal. "Kun jij dat wel?" vraagt Niels die blijkbaar een hard hoofd heeft in de kookkunsten van zijn zusje. Net als hij ben ook ik de recente kookcapriolen van mijn jongste bloedje niet vergeten. Bijvoorbeeld toen ze een taart ging maken en nogal slordig met de in het recept genoemde hoeveelheden omging. "Mama, wat maakt dat nu uit, dat hoeft allemaal niet zo precies" waardoor het sneue en smakeloze misbaksel onaangeroerd met een zwieper in de container verdween. Of die keer dat ze cupcakes ging fabriceren en zoveel fondant en marsepein erop glierde dat ze volgens eigen zeggen alleen waren om naar te kijken...
Dit keer lijkt ze met de spaghetti alles onder controle te hebben. Niels kijkt nog eens in de pan en trekt een gezicht waar de goedkeuring van af straalt. "Mama, weet je eigenlijk wel hoe je kunt zien dat de spaghetti gaar is?", vraagt kokkie triomfantelijk. "Nou, ik proef dan altijd even", zeg ik moederlijk en ik grijp een vork om een sliert uit de pan met borrelend water te pakken. "Welnee, ik doe dat heel anders", zegt mijn jongste bloedje.
Ze pakt een vergiet, kiept de pan met kokende spaghetti om, graait met een ovenwant een handvol slierten eruit en gooit ze in een strakke worp tegen de koelkastdeur. 
"Als ze blijven plakken zijn ze gaar".      

maandag 19 mei 2014

Spreken (1978)












Mijn woorden zijn gevormd
de klanken staan gereed
maar ik durf niet te spreken
de wereld is zo wreed.


Annet (1978)

zondag 18 mei 2014

Groentjes (jaren 70 - 2014)



"Wie gaat er in de pauze mee naar de drogist om groentjes te halen?"
'Groentjes', zoals wij ze noemden, de kleine ronde groene mentholachtige balletjes met een soort van heerlijk poeder binnenin zijn in mijn gedachten onlosmakelijk verbonden met mijn middelbare school periode op het Zernike College in Helpman in de jaren 70. 
Hoe saai we de lessen ook vonden, hoe klam en plakkerig we ook waren van de driekwartier durende fietstocht naar school, het idee dat we in de kleine pauze onze vaste gang konden maken naar de drogist aan de Hereweg om de paar gulden die we altijd bij ons hadden om te zetten in die groene heerlijkheid maakte veel goed. Dat we na een hele puntzak of meerdere leeggegeten te hebben kotsmisselijk noodgedwongen moesten pauzeren op de grote houten bank halverwege de weg terug naar school, is een heel ander verhaal. Ik kan me de middaglessen nog helder voor de geest halen dat ik zo misselijk als een kraai mijn schooltas uit voorzorg al met de flap open naast mijn bank had staan zodat ik er elk moment in kon gaan spugen. Hoeveel kilo van die kleine groene balletjes heb ik in die jaren niet naar binnen gewerkt, hoe vaak dacht ik, "deze keer eet ik niet die hele zak in een keer leeg", om vervolgens toch weer de hele inhoud in handvolle porties in mijn keelgat te laten rollen. 
Ik kan me nog goed herinneren dat ik eens met regenachtig weer na het kopen van een puntzak groentjes met een groepje klasgenoten de drogisterij aan de Hereweg wilde uitlopen en toen een glijer maakte over de natte vloer, languit op de grond viel en een fontein van groentjes over me heen kreeg. In de hilarische consternatie kreeg ik de slappe lach en plaste tot overmaat van ramp ook nog in mijn broek. Een gênantere vertoning was bijna niet mogelijk. De weken erop dorst ik geen stap meer bij de drogist over de drempel te zetten, maar at de groentjes wel vrolijk mee van anderen.
Vorige week zag ik ze liggen in een schap bij de supermarkt en ik kon niet anders dan met een gevoel voor nostalgie een bescheiden portie in mijn karretje gooien. Eenmaal thuis vertelde ik met het zakje groentjes in mijn hand bovenstaand verhaal aan mijn bloedjes. Waarop Niels met een verbaasd gezicht vroeg "mama, waren er geen grotere dropjes?"
Die avond at ik, net als vroeger, het hele zakje in een keer leeg, en was toen ik naar bed ging weer zo misselijk als een kraai, net als vroeger ....